Stormesandepolder


Context VN set links: model = Stormesandepolder


Set VN link, Property name = Supercontext, Property VN name = Supercontext

Model link = Stormesandepolder

Result = Dijkvakken Zeeland VN

End Set VN link


Bekleding 
Betonzuil, Breuksteen gepenetreerd, Betonzuil met ecotop, Overlaging met ecotop
Specifieke constructie 
Spuisluis, Nol, Haven
Voorland 
Slik, Strand
Ruimtegebruik 

Jaar 
2010
Locatie 
Zuid-Beveland
Coördinaten 
51° 31' 39", 3° 58' 17"
Dijktraject 
1578,5 - 1621,8



Het dijkvak is gelegen langs de Stormesandepolder en polder de Breede Watering, tussen dp 1578, 50m en dp 1621,80m. Het te verbeteren dijkvak ligt aan de Oosterschelde, op Zuid-Beveland en heeft een lengte van ongeveer 4,4 km. Aan de oostzijde sluit het dijkvak aan op de sluis van de haven van Wemeldinge. Aan de westzijde sluit het dijkvak aan op de voormalige haven van Kattendijke, die na de ramp van 1953 vervallen is. Het dijkvak viel onder het beheer van het waterschap Zeeuwse Eilanden, dat nu deel uitmaakt van het waterschap Scheldestromen.

Bijzonderheden:

  • In het kader van project Rijke Dijk worden 3 getijdepoelen aangelegd.
  • De contouren van de voormalige Oesterput ter hoogte van de Kokuitsweg worden versterkt.
  • Op een groot deel is op de kruin een weg aangelegd met parkeerstrook, dit ten behoeve van duikers.

Kaart werkgebied

Werkgebied Stormesandepolder.JPG


Omgevingsmanagement werkprocessen





Landschap
oude oesterschuur, verwijderd

In het landschapsadvies wordt voor een groot deel ingestemd met het ontwerp. Op het strandje bevond zich een oude oesterschuur, waarvan de historische waarde officieel onvoldoende aangetoond kon worden. Deze is bij de dijkverbetering gesloopt en het materiaal is gebruikt om een strekdammetje te versterken met als doel het achterliggend strand te handhaven. Dit in het kader van Building with Nature, om de zandhonger van de Oosterschelde te beteugelen.





Referenties





Ecologie
proefvak zuilen met kuiltjes om slib vast te houden
intergetijdenpoelen tbv Levend Waterbouw project
havendam Wemeldinge en zandvang

De detail adviezen die worden verstrekt, dienen om de keuze van de bekleding te ondersteunen. Er wordt een inventarisatie opgesteld met betrekking tot de aanwezige flora. Er komen in de getijdezone veel wieren voor, speciaal voor de dammen van de spuisluis wordt aandacht gevraagd. De beste oplossing hier zou zijn om de dammen ongemoeid te laten en door middel van een blinde glooiing achter langs de dammen te verbeteren. Van de nieuwe bekleding wordt verwacht dat minimaal dezelfde begroeiing zal kunnen worden verwacht als bij de oude bekleding.

Binnen dit werk wordt een plan van ‘Het Levend Waterbouw project’ verwezenlijkt. Het Levend Waterbouw project (voorheen Rijke Dijk project) van Deltares beoogt optimalisatie van aangelegd hard substraat voor ecologie. Dit gebeurt door middel van simpele aanpassingen die geen verandering teweegbrengen in de primaire functie van de waterkering. Langs de dijk zullen drie intergetijdenpoelen van 120 tot 170 meter lang en 5 tot 7 meter breed worden gerealiseerd. Naast de aanleg van deze poelen zal met hetzelfde doel een oesterput worden aangepakt. Na herstelwerkzaamheden zal de oesterput als een grote getijdenpoel functioneren met deels verhard en deel onverhard substraat. Tot slot is het projectbureau voornemens het westelijke hoofd van de haven van Wemeldinge met ca 70 m te verlengen tot een dam zodat het de langsopsluiting van het strand aan de oostzijde versterkt. Naast het tegengaan van zandverlies voor het strand zal met de realisatie ook het oppervlak hoogwatervluchtplaats vergroot worden. Door een steensortering 60-300 kg toe te passen kan aan sommige organismen een schuilgelegenheid en refugium worden geboden.

In 2005 heeft een inventarisatie van broedvogels, amfibieën, reptielen en zoogdieren rondom de Oosterschelde plaatsgevonden.

Als gevolg van een binnendijks depot zal aan de binnenzijde van de dijk vrachttransport plaatsvinden. Hierover wordt in een rapportage vermeld dat in verband met broedvogels vroegtijdig met vrachtwagens moet worden gereden, zodat de vogels de keuze hebben om er al dan niet te nestelen. Wel wordt een maximumsnelheid voorgesteld van 20 km/uur om stofwolken en rondspattend grind te voorkomen. Ook is ter plaatse van het depot onderzocht of de kans bestaat dat beschermde flora en fauna wordt aangetroffen, dit wordt echter niet waarschijnlijk geacht.









Referenties





Vergunningen

Om een aanmelding voor een mer beoordeling te doen en diverse vergunningen te bekomen wordt door het projectbureau een planbeschrijving opgesteld. Deze wordt ook ter inzage gelegd, zodat overheden, organisaties en particulieren een zienswijze kunnen ontwikkelen. Er is een aantal zienswijzen ontvangen. Voor een groot deel betroffen die de gewenste ontwikkeling van de duiklocaties. Vaak zijn verbeteringen genoemd die niet binnen het project Zeeweringen kunnen worden aangepakt. Ze vallen buiten de scope van het projectbureau. Het gaat dan bijvoorbeeld over het bouwen van toiletten en douches of het aanbrengen van meer trappen op plekken waar die er in het verleden niet waren. Op de zienswijzen is door het waterschap een passende reactie gegeven. Voor zover mogelijk is rekening gehouden met aangedragen opties. De zienswijze van de gemeente Kapelle en de reactie van het waterschap zijn bijgevoegd. Na ontvangst van de zienswijzen is een erratum verschenen van de planbeschrijving. Hierin is een aantal details in het ontwerp aangepast. Het gaat onder meer over de toegankelijkheid van de nieuwe bekleding (er worden meer trappen aangelegd) en de kreukelberm ter plaatse van de trappen voor de duikers (deze wordt volledig gepenetreerd met asfalt). Aansluitend op de wegconstructie tussen dp 1595 en dp 1622 wordt het grondwerk uitgebreid waardoor er ruimte wordt gecreëerd voor parkeervoorzieningen. Ook de aanleg van getijdepoelen en zichtbaar maken van de contouren van de oesterput worden in dit erratum geregeld.

Door het waterschap wordt de aanmelding voor een mer beoordeling aan de provincie verzonden. Deze wordt door de provincie tevens gezien als aanmeldingsnotitie en onderschrijft de hierin uitgevoerde toetsing van de voorgenomen werken en de daarbij te verwachten effecten. Er behoeft geen Milieueffectrapport te worden opgesteld. Het Waterschap stuurt ook een aanvraag in voor een vergunning in het kader van de Wet op de waterkering. De provincie verleent goedkeuring.

Om de aanvraag voor de vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet te onderbouwen wordt een habitat natuurtoets uitgevoerd. Op basis hiervan dient het waterschap de aanvraag in bij Gedeputeerde Staten van Zeeland. Aanvullend wordt door het projectbureau gemeld dat het in de bedoeling ligt om in het kader van ‘Het Levend Waterbouw project’ een drietal getijdenpoelen te creëren, een oude oesterput duidelijker in beeld te brengen en de westelijke havendam van de haven van Wemeldinge te verlengen. De benodigde vergunningen hiervoor worden apart aangevraagd op basis van een waterbodemonderzoek en een aparte natuurtoets. Deze vergunning is verleend, waarbij een aantal voorwaarden wordt gesteld die eerder in de onderliggende documenten zijn opgesteld. Later blijkt dat de eis om de werkzone te beperken tot 15 m ter plaatse van het strandje niet haalbaar is omdat daar tijdelijk zand wordt opgeslagen. Dit wordt gemeld en er wordt gevraagd of een nieuwe goedkeuring wordt verlangd. Dit wordt niet nodig geacht.

Een vergunning voor de Flora en faunawet is niet nodig, de Soortenbeschermings natuurtoets is voldoende. Na afloop van het werk wordt een ecologische controle uitgevoerd waaruit bleek dat de aannemer de werkzaamheden voor zover zichtbaar conform de natuurbeschermingsregels heeft uitgevoerd en het traject netjes heeft achter gelaten.

In 2012 wordt door de gemeente Goes gemeld dat als gevolg van de werkzaamheden in 2010 het kleine strandje aan de westzijde van het spuigemaal grotendeels is verdwenen. Het projectbureau heeft hier een zandsuppletie uitgevoerd nadat een aantal wettelijke verplichtingen is uitgevoerd. Er is een Toetsing Flora en faunawet aanvulling strand Stormesandepolder uitgevoerd waaruit bleek dat er geen negatieve effecten zijn te verwachten. Er is toestemming verleend in het kader van de Natuurbeschermingswet en de Flora en faunawet, er zijn hiervoor geen vergunningen benodigd. Ook van het waterschap is geen vergunning nodig. Verder is een visser, die aangrenzend een visperceel uitbaat op de hoogte gebracht.


























Referenties





Communicatie
nieuwe bekleding en aanleg trap
Infozuil nationaal park Oosterschelde

Om zeker te zijn dat alle omwonenden, belangstellenden, instellingen en bedrijven voldoende op de hoogte worden gebracht van de dijkverbetering wordt een Omgevingsplan opgesteld evenals een communicatiematrix.

Om omwonenden en andere belangstellenden te informeren over de werkzaamheden, verspreidt het projectbureau een huis-aan-huiskrant in het voorjaar en in het najaar. Daarnaast vindt op 26 januari 2010 in Dorpscentrum De Wemel in Wemeldinge een informatieavond plaats over dit werk. De uitnodiging hiervoor is in de lokale media verschenen. In het verslag wordt duidelijk dat er veel zorg is over de verkeersveiligheid in en rond het dorp. Ook over de vislocaties en parkeerproblemen worden vragen gesteld.

De gemeente Kapelle had al in 2006 aangegeven om in een vroeg stadium betrokken te worden bij de planvorming. Hun belangstelling heeft voornamelijk betrekking op het gebied van ruimtelijke ordening, recreatie, aanvoerroutes, bouwverkeer e.d. Begin 2009 is weer contact gezocht met de gemeenten Goes en Kapelle. Beide gemeenten maken zich zorgen over de transportroute en beide hebben vragen over de toegankelijkheid voor duikers. Het projectbureau heeft overleg met de Nederlandse Onderwatersportbond (NOB). In 2010 is het niet mogelijk dat er massaal wordt gedoken in dit gebied. Door middel van duidelijke communicatie richting NOB en de Belgische duikbond dient dit te worden uitgedragen. De NOB heeft een groot aantal wensen op het gebied van parkeerplaatsen tot het aanleggen van onderwater riffen en het afzinken van oude wrakken. Het projectbureau geeft aan dat er alleen budget is voor verbetering van de bekledingen en herstel van aanwezige voorzieningen. Voor aanvullende voorzieningen dient de NOB zelfstandig financiën te vergaren. Later is er contact tussen de aannemer en NOB over de uitvoering van aan te brengen duikvoorzieningen. Het projectbureau Zeeweringen blijft hierbuiten. Er is wel overleg met NOB en de gemeente Goes over de mogelijkheden om het aantal parkeerplaatsen uit te breiden. Voor zover het bemoeienis vereist van het projectbureau zijn alleen kleine wijzigingen mogelijk omdat het ontwerp inmiddels in een vergevorderd stadium is.

Ook vinden in 2009 gesprekken plaats met bewoners en een belanghebbende camping. Hier zullen folders worden verstrekt om bezoekers op de hoogte te brengen. Alle panden die direct aan het werk grenzen worden nagezien op aanwezige scheurvorming zodat eventuele schade is vast te stellen. De Vereniging Dorpsbelangen Kattendijke, Stichting Bewonersbelangen Wemeldinge, Duikshop Oktopussy, Villapark de Oesterbaai, MKB Wemeldinge en Jachthaven Wemeldinge worden uitgenodigd voor een gesprek in Dorpscentrum De Wemel. Als voorbeeld is het verslag met MKB Wemeldinge bijgevoegd. Hierin wordt ook de Regeling Nadeelcompensatie weergegeven. Enige van de aangeschreven doelgroepen had geen belangstelling voor deze gesprekken, zij zijn nogmaals per post uitgenodigd om, bij groeiende belangstelling contact met het projectbureau te zoeken. Verder is er contact met pachters en vissers.



.














Technisch management werkprocessen





Inventarisatie
oude situatie strandje naast spuisluis
oude glooiing De Muralt
oude bekleding haven Wemeldinge

De steenbekleding op de dijk bestond uit enkele grote vakken met Grauwacke, die goed getoetst zijn. Verder waren er grote stukken Vilvoordse steen aanwezig, met name op het gedeelte in de haven van Wemeldinge. Ook zijn er grote vlakken Haringmanblokken, vlakke betonblokken en al dan niet ingegoten basalt. De bovengrens van de steenbekleding varieerde van NAP + 2,9 m tot NAP + 5,75 m. De delen van het onderbeloop die daarboven lagen, het grootste deel van de berm die begon op circa NAP + 2,7 à 5,6 m, en het bovenbeloop waren met klei en gras bekleed. Ook waren hier en daar kleine stroken doorgroeistenen aanwezig. Bij dijkpaal 1621,80m sluit het dijkvak aan op de voormalige haven van Kattendijke, die na de ramp van 1953 vervallen is. Ter hoogte van dijkpaal 1592 waren overblijfselen van een oude haven aanwezig. Deze overblijfselen hadden verder geen cultuurhistorische waarde en hoeven ook niet gehandhaafd te blijven. Verder is tussen dijkpaal 1607 en dijkpaal 1608 een uitwateringssluis aanwezig.







Toetsing
havenhoofd Wemeldinge oude situatie
breek onderzoek naar kleilaagdikte
breek onderzoek naar onderliggende lagen en kleilaagdikte

De beheerder heeft de actualisatie van de toetsing uitgevoerd in een drietal rapporten. Daarnaast is de toetsing van het deel met Grauwacke tussen dp 1568 en dp 1578,50 in een apart memo vastgelegd die is opgenomen als bijlage 7 in het vrijgavedocument. Door het projectbureau zijn deze rapporten beoordeeld, waarna het traject in één document is vrijgegeven voor verbetering. In een erratum zijn naast tekstuele wijzigingen ook de beoordelingen van een aantal kleinere vakken weergegeven. Op delen waar de bekleding van basalt was ingegoten is nader onderzoek gepleegd waarbij de sterkte is onderzocht met valgewicht deflectiemetingen. Dit onderzoek maakte deel uit van een breder onderzoek naar ingegoten steenzettingen. Hieruit is de conclusie getrokken dat ook deze bekledingen niet konden worden goed getoetst. Later is nog een rapportage verschenen waarin een temperatuurcorrectie is verdisconteerd in de waarden van de valgewicht deflectiemetingen, maar dat gaf nog steeds geen positief resultaat. Dit is verwerkt in een laatste aanvulling van het vrijgavedocument. De gehele bekleding moet worden verbeterd, met uitzondering van het gedeelte met Grauwacke, omdat dit volledig is goed getoetst.

















Ontwerp
oude bekleding overgoten basalt en haringmanblokken
nieuwe bekleding met trap
nieuwe zuilen met eco toplaag

In het detailadvies worden de bestaande waarden gecontroleerd en worden zo gedetailleerd mogelijke randvoorwaarden gegeven waarmee de bekledingen nauwkeurig worden gedimensioneerd. In het startoverleg wordt aangegeven dat ter plaatse van dit werk veel duik recreatie plaatsvindt. Verder ontbreekt op een groot deel de buitenberm.

De ondertafel wordt deels voorzien van betonzuilen met eco toplaag. Verder wordt ingegoten breuksteen toegepast op de ondertafel, al dan niet met schone koppen. De delen met grauwacke blijven gehandhaafd. Op de boventafel worden betonzuilen als bekleding toegepast. Gedeeltelijk wordt een nieuwe onderhoudsstrook aangelegd. Deze is toegankelijk voor fietsers. Vanaf dijkpaal 1582 loopt het fietspad omhoog en is een fietspad op de kruin aanwezig. Het westelijk deel heeft geen aparte onderhoudsstrook. Op dit gedeelte is een weg op de kruin aanwezig. De toplaag van het toegankelijke gedeelte wordt uitgevoerd in steenasfaltbeton. Het oostelijke deel van de onderhoudsstrook wordt afgesloten. Het wordt ontworpen in open steenasfalt en afgestrooid met grond. Dit deel is echter uitgevoerd met kunststofgrasplaten, afgestrooid met grond. Een groot deel van de kreukelberm wordt van strokenpenetratie voorzien.

De dijkaanpassing gaat met een verborgen glooiing achter langs de Nol bij Wemeldinge en de dammen van de spuisluis.







Referenties





Revisietoetsing en overdracht

Na het gereedkomen van het werp heeft het waterschap de bekledingen getoetst. Deze toetsing is gecontroleerd en goed bevonden door het projectbureau waarna de overdracht heeft plaatsgevonden.








Referenties


Contractmanagement werkprocessen





Contract
aanbrengen kreukelberm vanaf het water
voormalige haven van Kattendijke, gebruikt als depot
aanbrengen zandvang

Ook bij de aanleg van dit dijkvak wordt gewerkt met systeemgerichte contractbeheersing (SCB). Rijkswaterstaat geeft opdrachtnemers graag passende verantwoordelijkheid. Dit houdt in dat de opdrachtgever/directie de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van het gerealiseerde werk meer bij de aannemer neerlegt. Voor de opdrachtgever/directie houdt dit in dat zij niet sturend op het werk aanwezig zal zijn, maar observerend. De kwaliteitsborging van de aannemer zal moeten aantonen dat de gevraagde kwaliteit ook daadwerkelijk wordt geleverd. Bij aanvang van het werk is een bijeenkomst georganiseerd waar de directie en de aannemer overleggen over de betekenis van deze nieuwe aanpak en de gevolgen voor de aannemer.

Tijdens de uitvoering zijn er altijd onvoorziene omstandigheden die het nodig maken dat wordt afgeweken van het bestek. Deze wijzigingen worden door de aannemer vastgelegd in afwijkingsrapporten. Na goedkeuring van de directie wordt een vaststellingsovereenkomst opgesteld de kosten van meer- en minderwerk worden benoemd. Hierna kan de aannemer een rekening indienen. Het gaat hier onder meer over het aanbrengen van meer meters bekleding van zuilen op locaties waar de goedgekeurde grauwacke overlaging ontbrak en het aanbrengen van een grondverbetering waar de aanwezig veronderstelde kleilaag ontbrak en moest worden aangebracht. Ook het aanbrengen van een trap ter plaatse van een duiklocatie en het afvoeren van teerhoudend asfalt waren meerwerk. De laatste vaststellingsovereenkomst is opgesteld om de vergoeding voor de inspanning in verband met de SCB te regelen. Bij de verbetering van de glooiingen van de Molenpolder, de Stormesandepolder en de Van Haaftenpolder is, nadat de overeenkomsten met de aannemer waren tot stand gekomen, door de directie aangekondigd dat via het nieuwe systeem voor contractbeheersing wordt gewerkt. Voor de extra kosten die dit voor de aannemer heeft meegebracht heeft deze een rekening ingediend. Na discussie is een totaalbedrag vastgesteld, dat is uitbetaald binnen dit bestek.







Uitvoering
nieuwe trap
overlaging, aanbrengen lavasteen
kunststofgrasplaten als onderhoudsstrook
het samenstellen van een zinkstuk
nieuwe kreukelberm met stroken penetratie
havendam, locatie De Punt

Voor aanvang van het werk is aan de Arbeidsinspectie Regio zuidwest een kennisgevingformulier ingevolge het Bouwprocesbesluit Arbeidsomstandigheden toegezonden. Aan de gemeente Goes wordt verzocht om toestemming om een depot in te richten voor de periode van meerdere jaren, onder andere voor dit project. Het depot is in beheer bij het KMWP(Koninklijke Maatschap Wilhelminapolder) dat toestemming verleent.


Er wordt een project start-up gehouden waar de volgende punten aan de orde komen.

De directie benadrukt nogmaals dat de verhoudingen tussen de opdrachtgever en de aannemer aanmerkelijk zijn veranderd. De directe controle op het werk zal minder zijn en de aannemer dient zelfstandig de werkzaamheden te controleren en hierover te rapporteren. Dit houdt in dat ook de eventuele afwijkingen en onvolkomenheden moeten worden aangegeven, inclusief herstelwerkzaamheden. Het is een geleidelijk proces dat door aannemer en opdrachtgever gezamenlijk opgepakt moet worden. In het bij de inschrijving gevoegde plan van aanpak is door de aannemer invulling gegeven aan de in het contract benoemde EMVI criteria (Economisch Meest Voordelige Inschrijving) . Deze zaken dienen nader uitwerkt te worden in het in te dienen Projectkwaliteitsplan. De aannemer dient zich hier tijdens de uitvoering van de werkzaamheden aan te houden. Anders kunnen sancties opgelegd worden.

Tijdens de project start-up is een ecoloog van het projectbureau aanwezig. De voornaamste punten die hij aanstipt gaan over het gebruik van de werkstrook en zorg voor vogels, het is niet toegestaan broedende vogels te verstoren en ter plaatse van warm, nog niet uitgehard asfalt dienen zoveel activiteiten plaats te vinden dat vogels hierin niet kunnen komen vast te zitten. In het kader van project Rijke Dijk worden 3 getijdepoelen aangelegd en worden de contouren van de voormalige Oesterput ter plaatse van de Kokuitsweg versterkt. De NB wetvergunning wordt op korte termijn verwacht, er is onderzoek verricht naar de kwaliteit van het slib, dat zich in deze oesterput heeft opgehoopt. Er is hier sprake van een bredere werkstrook.

Tijdens een informatiebijeenkomst voor omwonenden en overige belanghebbenden kwam naar voren dat er zorg is over de transporten en de snelheid waarmee werkverkeer zal rijden. Hiervoor wordt aandacht in het op te stellen projectkwaliteitsplan en het bewegwijzeringsplan. Een deel van het dijkvak zal gedurende het werk beschikbaar zijn voor duikers. Maatregelen hiervoor zijn opgenomen in het bij inschrijving gevoegde plan van aanpak. Nadere uitwerking volgt in het projectkwaliteitsplan. Tijdens de uitvoering van het werk blijkt dat werkverkeer en normaal verkeer elkaar hinderen, volgens de arbeidsinspectie dienen deze strikt gescheiden te zijn. Ook zijn er klachten over de snelheid van het werkverkeer. Naar aanleiding van de klachten zijn de verkeersmaatregelen op de Steldijk aangepast. Er worden met succes verkeersregelaars ingezet om het verkeer in goede banen te leiden.

Kort na het plaatsen van de keet heeft een inbraak plaatsgevonden.

De aannemer is ontevreden over het feit dat het verzoek tot het toepassen van ELO-slakken in de onderhoudsstrook door de directie is afgewezen. De combinatie heeft hier geen rekening mee gehouden op basis van informatie die vorig jaar aan hen is verstrekt. Gezien het feit dat ELO-slakken goedkoper zijn dan betonpuin en fosforslakken, is hier een aanzienlijke kostenpost mee gemoeid. De directie geeft aan dat de leverantie en verwerking van ELO-slakken niet zal worden toegestaan en zal dit probleem onder de aandacht brengen van de contractmanager. Naar aanleiding van een gesprek met het projectbureau zal de aannemer een en ander op papier zetten, verder contact zal verlopen via de contractmanager. De aannemer geeft aan dat het toepassen van betonpuin zonder toevoeging van LD-mix onder open constructie van het onderhoudspad ook niet is toegestaan en dat dit in afwijking is van het bestek. Consequenties zullen in kaart worden gebracht.

De aannemer geeft aan dat er een logistiek probleem is omdat de tijdelijke dijkovergang in de verkeerde richting ligt om het transport goed te laten verlopen. Hierdoor is vertraging ontstaan. Door de dijkovergang om te draaien kan het probleem worden opgelost. Hierdoor kan het werkverkeer van het dijkvak af. Door de directie is besloten en aan de combinatie medegedeeld dat de dijkovergang verplaatst mag worden waardoor de vertraging kan worden ingelopen. Een ander probleem met de planning is ontstaan doordat een aantal malen bleek dat de oorspronkelijke grondslag niet voldeed aan de eisen. Er is grondverbetering toegepast waardoor de oplevering van het werk met ongeveer een maand is uitgesteld. De openstelling van de weg is in overleg eveneens uitgesteld. De openstellingsdatum werd echter niet gehaald, waardoor een ingebrekestelling plaatsvond en een sanctie is opgelegd.

De directie vraagt aan de aannemer om 150 m2 Muraltglooiing onbeschadigd te verwijderen en dit te vervoeren naar depot Stelweg op Schouwen Duiveland. Het is de bedoeling dat deze glooiing daar onderdeel zal worden van de "museumglooiing". De aannemer stelt hiervoor een afwijking op. In de praktijk blijkt het niet mogelijk omdat de glooiing in het werk is gestort en niet in hele onderdelen kan worden opgenomen. De poging is niet geslaagd.

Er is een klacht binnengekomen over een kind, dat van de fiets was gereden door een vrachtauto met gietasfalt. De aannemer heeft zijn excuus aangeboden en vanuit het projectbureau wordt een attentie opgestuurd.

De gemeente heeft de strandjes opgehoogd. Daarbij heeft een rupskraan die bezig was bij de suppletie, over de ingegoten glooiing gereden. Dit is niet de bedoeling en de directie geeft aan dat dit ook duidelijk is aangegeven richting gemeente Kapelle. De kraan mag alleen over de betonzuilen rijden. Tevens is een pad van zand gemaakt om over te rijden.







Referenties


Projectbeheer controleprocessen


Kerndocumenten









































































Referenties
Bezig met het laden van de kaart...


HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares