De trajectecoloog had bepaald dat de aannemer steile zandwanden in het voorjaar moest afdekken met geotextiel om het nestelen van oeverzwaluwen te voorkomen. De aannemer vergat dit en na een weekend waarin niet gewerkt was, zat het talud vol met broedende oeverzwaluwen. In overleg met de ecoloog werd besloten dat de aannemer wel langs de broedende vogels mocht rijden, zodat het werk op andere locaties in het dijktraject door kon gaan. Hij mocht echter pas na het broedseizoen bij de het desbetreffende talud verder.